Webcam vervolg
Hij doet het. Nou ja, dóet het is wel veel gezegd. Een ietwat wazige familie aan de andere kant. “Jou zien we niet”, roepen ze. Maar dat blijkt een kwestie van geduld te zijn. En omdat het beeld volgens iemand, wie weet ik niet meer, eerst naar de hemel moet en dan pas weer terugkomt is het hakkelig en vertraagd. Zo zijn ook de gesprekken. Het gaat nergens over.
“Jij zit wel heel erg in het donker.” En dan hoor je een hoop gerommel en gestommel en ja hoor, nu zitten ze dichter bij het raam. Boaz suist vlaagsgewijs in en uit beeld. Dan popt er een klein boodschapje op onder in het scherm meldend: M. is on line. Maar een groepsgesprek, het schijnt te kunnen, is nog niet ingesteld. M. zit boven dus ik brul de trap op: “Je bent on line.” Maar dat wist ze al. Janine houdt een bonbon in beeld. Die zou ik ook wel lusten en wel met koffie erbij. Nu kan ik ze zien maar niet proeven. Ben ik daar weer ontevreden over.
Joris skypet ons (waar lijkt dit woord op en vervoeg ik het wel goed?).We hebben het over de beeldkwaliteit. Joris wil dat ik kijk of ik wel de juiste en nieuwste skype-instelling heb. Ja, natuurlijk is dit de allernieuwste! Het vreemde wezen is gisteren geïnstalleerd. En sinds gisteren zal er toch geen beeldrevolutie plaatsgevonden hebben. Dan bellen we ook nog naar zusje in Israël en zien daar een wazige pluk blond haar. Het kleinkind Yarden, dat kennelijk van mijn zusje Liesbeth in bad moet. Dat hóór ik haar zeggen, maar ik zie haar niet. Mijn protestgeluiden helpen. Dus ze komt nog even in beeld. Hemel, ze is ook grijs. Al jaren zegt ze. Ik ken geloof ik alleen nog maar grijze mensen. We zwaaien nog een beetje dom en bijna een dag later hangen we op. Nou nou, dit vreet tijd. En welke wereldschokkende gesprekken hebben we nu gevoerd? Interessant zwaaien is natuurlijk nooit weg. Een kusje in het kleine lensje, kweenie, ik vind het niet. Wat niet? Mijn grootmoeder zei dan: “Als ik het zie liggen, láát ik het liggen.”
Dan ontvang ik een mailtje van Janine waar nadrukkelijk bij staat: Niet beantwoorden. Maar het komt van mijn dochter en ze vraagt contact. Dus let ik niet op de bijgevoegde niet op reageren Lena. Het is een nahobbelend bericht van gisteren. Want toen, een hele dag geleden, wilde ze me skypen (klinkt dat nu niet net als scalperen?) Nou ja, dat hebben we toen gedaan en waarom moet er dan nu nog een nazending komen waar je niet op hoeft te reageren.
Begrijpt u het?
Krijgt ze nu ook van mij een voorgeprogrammeerd bericht dat luidt: Ja schat, gisteren heb ik met je gedingest en nu moet je maar niet antwoorden, maar vergeet het niet! Of: wie denk je wel dat je bent met die bonbon? Maar dat zal wel de nieuwste versie worden van Big Brother is watching you. Moeten we zo’n ding ook in de ijskast? En over de hele wereld vliegen dan berichten met: Wat doe je daar? Wie paranoia? Ik? Nee hoor.
Zou je verslaafd kunnen raken aan die pop-ups? Steeds stiekem kijken of iemand je wil spreken. En zo niet, dan zeg je tegen je partner: Niemand houdt meer van me, niemand gezien en niemand gehoord. Pop-ups, ho maar. Nou ja, skypen, het moet nog groeien zullen we maar zeggen.