We hebben ‘m gekocht. Een webcam . Terwijl ik tegen ben. Want ik wil bepaald niet gezien worden in mijn suffe huispakje. Of mijn slonspyjamaatje. En zou ik dan voortaan keurig verzorgd, nagels gelakt moeten zijn om te bellen? Nee. Nee! Maar toch gekocht. In een hevige aanval van heimwee naar de kleintjes. Boaz aan de telefoon zegt: “Oma in gesprek?”
“Ja, schat”, antwoord ik en ik merk dat hij zich maar moeilijk kan voorstellen dat ik ook wel eens met anderen spreek. Dat is natuurlijk ook onzin. Er is maar één Boaz en daar moet ik voor klaarstaan, laten we wel wezen. Maar omdat ik te lui was het weekend (in jengelstand, als een slapende laptop) kreeg ik mij niet in de auto om de kinderen warm en levend te bezoeken om ze te zoenen. En M. heeft geen tijd. De vertaling moet op tijd af. Dus of alleen of niets. Dan maar weer bellen.
Boaz is dol op Omajan. Hij vraagt altijd naar haar: “Omajan?” En één keer zei ik: “Nee schat, Omajan slaapt nog.” En Boaz: “O, wat zielig.”
Dus in plaats van drenzen dan maar een gekocht, zodat ik ze te zijner tijd door een klein oogje kan zien bewegen op een raampje van mijn computer. Mijn moeder zou dit hele stukje niet begrijpen. Die fantastische techniek, hè.
Te zijner tijd, want nu moeten we kiezen uit vijf mogelijkheden om dat piepgluurmachientje ook operationeel te maken. Vijf mogelijkheden worden met vijf buitenaardse namen, zoals Klaai, Knisp en Krokijl, aangeduid en wij weten niet wie betrouwbaar is, of er veel aan hapert, of je plaagt met nog meer reclame, of de tijd beperkt. Of vreselijke rekeningen stuurt. Er moet dus weer een helpmannetje ingeschakeld worden.
Maar eerst moet de ziektekostenverzekering gebeld om te kijken of ik met alle aderen inclusief de twee stents in me en het dubbelgespierde hartje en alle andere stressmankementjes, nieren, suiker, misschien in aanmerking zou kunnen komen voor permanente fysio eens per week in die machinefabriek. Iedereen zeurt dat we meer moeten bewegen. Zoveel verplicht zweten, minstens vier liter per dag. Of moet je dat drinken? Tot op de margarine staat het: beweeg, gebiedende wijs! Ja, verdomme. Lopen wil ik. Als dat zou kunnen. Een uur per dag, dan zou ik al dat gezeur niet hoeven. Sorry, klagen is vast niet kosjer, dus basta.
Trouwens ik heb betere dingen te doen. Een trainingsprogramma maken voor de poezen. Zij moeten ook live miauwen op de . Zal ik een voorraad haring gebruiken om ze in de juiste smakstand te brengen? Hmm. Misschien toch niet zo’n goed plan. Mijn hele computer onder de vette vis is misschien de eerste dag nog te overkomen, maar gegarandeerd, ook al is het schoongemaakt, dat het vreselijk stinkt na een week. “Kijk poes, je bent op tv”, maakt op katten denk ik niet zo’n verpletterende indruk. Katten zijn altijd opgemaakt. Behalve Noa die hoognodig gekamd moet worden, vooral de krullen op haar buik. Maar Noa loopt liefst met kam en al weg.
Misschien komen de katten wel nieuwsgierig kijken. Kijk, een . En hoef ik niets te doen. Daar ben ik toch het beste in. Iets laten. Kijk, ik doe niets. Zou dat piepkleine cameraatje dat charmant kunnen vastleggen?