Een windkracht vijf zomer. De campinggasten zijn de tent uitgewaaid en hebben de zee rillend verlaten. Scheisse. Naar de stad dus. Leuk. Daar is altijd wat te doen. Als je toch zand wilt: Middelburg heeft een paar ton zand op het stadhuisplein geplempt. Leuk joh, deze sportzomer. Nu kan er ook gevoetbald worden midden in de stad. Met bijpassende herrie. Zo’n meneer die luid roeptoeterend te dicht op de microfoon schreeuwt. Voetbal vereist schreeuwen. Tennis daarentegen is een fluistersport. Daar klinkt ontzag in door en bewondering. Ballen op een tafel zijn helemaal stil, daar is een fluistering al gauw zeer storend.
Hier in ons stille huis galmt het. Het lijkt een geluidswagen ergens tussen de middeleeuwse huizen. En die geluidswalmen komen hier door de open deuren binnen. Het lijkt ons e dorp wel. Daar reed ene Arie Boele het hele dorp door roepend op stormsterkte met mededelingen die ik geheel niet wenste te horen. En als hij zijn wagen stilzette, kwam die vreselijke muziek. Orkanen van wansmaak werden er dan over ons uitgestort.
Hier in Middelburg moeten de vakantiegangers vooral béziggehouden worden. Van het weer kun je niet op aan tenslotte. Van de commercie wel hoor. Met nog meer sportsoorten, zoals daar zijn fietsevenementen en hun reclameauto’s, ringrijden op dikke paarden, ongezadeld met vaak korte staarten, de rijders met witte pakken en oranje sjerpen. Die witte pakken zijn na afloop allemaal heel lekker vies. Alles gelardeerd met Tuutblub en Toetblab muzak ter meerdere glorie en vermaak. Dat is dus leuk! Voor de toerist! En om het allemaal nog leuker te maken moet dat dus aan dovemansoren rondgeschettert worden. Komt dat zien, komt dat zien. Ja, dat is leuk, maar waarom die teringherrie waardoor je oren van je kop vallen?
Als alles even rust, kunnen de toeristen de winkels bestormen. Gekauft muss worden oder so etwas. Bij uns ist alles goedkoper, jawohl.
Ik wil ook wel graag op vakantie. Ergens waar het mooi is maar dan rustig. Vroeger kon ik lopen. Dat was leuk. Lekker door vreemde steden en stadjes zwerven. Slenteren over pleintjes. Kijken in vreemde winkeltjes. Maar nu word ik gehinderd door verplaatsingspijn. Ik moet dus op zoek naar een reisscootmobiel.
M. zegt dat de zaak die ons deze scoot geleverd heeft, zegt: ‘Niet zo’n ding uit China kopen. Als die kapot gaan hebben wij geen onderdelen’. Alsof zij zo’n goede service geven. Het noodnummer op mijn scoot is reeds lang geleden opgeheven. Ik ben niet de enige over de datum.
Ik zal dus het internet op moeten. Waar allemaal dingetjes draaien en roepen dat ik bij hen moet zijn. Als alles eens even zou stilstaan en zou zeggen: Waar kan ik u mee helpen, mevrouw? Een kopje koffie? Gaat u zitten, wij gaan er voor zorgen. Hè ja. Zoals . Maar nee, ook het internet heeft het: wind en woest weder.
ps reismobiel aangeschaft. heeft geen lucht in harde bandjes werkt dus als afslankende trilmachine waarover later meer. Liefs Chawwa