Teloplankieren
Nooit is een woord met twee nullen en een omgekeerd vraagteken. Als wetenschappers het gebruiken moet ik lachen. Pas geleden hoorde ik er weer een. Ja, er bestaat buitenaards leven, dat kan niet anders, maar we zullen er nooit… Ooit was de aarde plat, ze wisten het zeker. En op de maan zouden we ook nooit komen.
Ooit zullen we Teloplankieren. Eigenlijk heette het Tel 0 plan kieren, maar dat werd al snel teloplankieren. Ja, wat dat is weet ik ook niet, maar het zal uitgevonden worden. En dan gaan we toch door de stringtheorie en verbuigingen en dan laten we de zwaartekracht los en dan gaan we die onoverbrugbare ruimte in. Ooit.
Honderd jaar geleden konden we ons ook niet voorstellen dat we in een apparaatje naar mensen konden kijken en praten met hen die heel ver weg woonden. Met een smartphone, zoals we dat nu nog noemen.
Er waren ooit in mijn leven nog mensen die verhaalden van de eerste trein. Echt oma? Ja, echt.
Als mensen het kunnen verzinnen, dan zal het bestaan. In deze dimensie of in een andere. Want dimensies, er zijn er zoveel.
En dan kijken ze naar onze tijd en beperkingen en lachen meewarig. De snoerentijd. Er liepen toen mensen rond met zelfs snoertjes in hun oren. Echt waar? Ja, en overal in de straten onder de grond liepen buizen. Buizen? En toen moesten ze ook steeds de straten openmaken. Wat waren dat nou, straten?
En weet je er waren man-mensen en vrouw-mensen en sommigen beviel dat niet en die lieten zich ombouwen. Met knippen en plakken en bloed. Huuu, bloed? Ja, bloed.
Toen, zeggen ze dan, toen wist nog niemand van Teloplankieren. Raar hè. En ze zeiden dat sommige dingen nooit zouden gebeuren. Nooit. Dat is een woord met twee nullen en een omgekeerd vraagteken, je weet wel.