Heel heel lang geleden zag ik er heel anders uit. Trap hier de open deur in. Maar steden ook. Zo zelfs dat ik in een andere stad was dan waar ik meestal in verbleef, dat was toen Breda, en nu waren we in Den Haag geloof ik. Mijn geheugen is nooit goed geweest, maar daar gaat deze column niet over. In Breda was een boekwinkel die vast een naam had en die zelfde naam had de boekhandel in Den Haag. Gelovig als ik ben dacht ik: als ik nu in Den Haag die winkel inga dan kan ik er in Breda weer uitstappen, dat scheelt reistijd. Of woorden van gelijke strekking sprak ik tegen mijn toen heerachtige echtgenoot. Hij vond het belachelijk. Wat jammer was, want zo kon ik niets bewijzen. Tenslotte moest hij er ook in geloven want anders werkte het niet. Kortom, zijn schuld haha.
Tegenwoordig weet je niet meer waar je welke winkel dan ook instapt en in welke stad je uitkomt. Alle winkels zijn hetzelfde en hoe vind je dan de weg naar huis? Erger nog. Waarom niet gewoon thuisblijven als alles overal hetzelfde is? Dat scheelt geld en reistijd.
Hoe is dat nu zo gekomen? Is dat een bijverschijnsel van de euro? Geld is nu ook overal hetzelfde. Waardeloze leenproducten van rijke speculanten en valse bankiers die allemaal met grote winsten weten weg te komen. Probeert u ook de krant te begrijpen?
Dat vreemde eenvormige geld, daar is ook wat mee. Wij zijn helemaal niet de baas. De banken zijn de werkelijke heersers. Griekenland heeft te veel schulden, zeggen ze. Hoe kan dat? Van wie hebben ze dan geleend? En nu moeten andere landen hetzelfde geld, euro’s namelijk, lenen bij wie dan? En alle landen moeten (van wie dan? o, van ons) dat geleende geld aan Griekenland uitlenen met rente. Want wij willen er wel op verdienen, want wij hebben het ook niet.
Maar als Griekenland het wel direct zou kunnen lenen dan was het minder duur. En die corruptie in Griekenland, daar heeft niemand het over. Daarom gingen die woedende Grieken schreeuwend de straat op. Maar, ja maar. Nee, daar gaat het niet over. We hebben hetzelfde geld, we moeten hetzelfde, allemaal dezelfde winkels allemaal hetzelfde eten, allemaal schulden. De arme mensen armer, de rijke rijker. Van wie moet dat dan? Moet dat van die leuke evenementen de Giro, de Voetbalmania, de Toppers, de Tappers, de drankwinkels, wie bepaalt alles eigenlijk? De koningin met haar zaklopende, koekhappende, zwakzinnige onderdanen? Of dat geweldige IMF? En wie zijn dat dan? Welke heren, welke op elkaar lijkende gelijkvormige driedelig grijze griezels die onze levens bepalen? Daar gaat de tv niet over. Daar spreekt de radio niet van. En de kranten doen in beursberichten. Ben ik dan de enige gek die er niets van begrijpt? Je schijnt te kunnen speculeren op dingen die mislukken en daar dikke poen mee verdienen. Hoe kan dat? Je kunt opties nemen op van alles en geld maken met dingen die je niet kunt aanraken. Geen wonder dat ze de schoonmakers geen 2% loonsverhoging willen geven. Nebbisj, 20 cent per uur extra. Bankiers kregen, hoeveel was het, 17% loonsverhoging omdat de bonussen iets minder werden. Dat is iets heel anders. Natuurlijk. Schoonmakers hebben te maken met tastbare dingen. Stinkende dingen. Viezigheid. Laaggeschoolden, hè. De hoogopgeleide smerigheid van de bankiers is sneeuwwit en geurig tenslotte.
Nu ben ik niet meer jong, maar nog net zo’n dwarse vragensteller als toen.