De verwarde vrouw
Je hoort er veel over tegenwoordig. De verwarde man. En hij doet rare dingen. Die man. In een dertig meter hoge mast klimmen en er dan uitgehaald moeten worden door de politie en de brandweer. Want als hij valt dan is-ie dood.
Zijn huis opblazen, ook vreselijk.
Maar over de verwarde vrouw hoor ik nooit iets. Wat doet zij dan? Behalve bescheiden zijn? Wat stapeltjes door elkaar gooien? Lippestift op haar neus smeren? Stil zitten, heel stil en in de war zijn, dat denk ik, tenminste dat doe ik, als de war heeft toegeslagen.
Ik las net een paar krantenregels waarin stond dat mannen alles beter kunnen. Ja hoor, natuurlijk. Harder, verder, groter, zwaarder, gemener. Nou ja, wat je wilt dus.
Ze verdienen ook meer, die mannen, daar zouden alle vrouwen van in de war moeten raken. Maar doen ze dat ook? Ik denk dat ze daar geen tijd voor hebben want zij moet al zoveel. Werken, zorgen, de kinderen, carrière maken, ouderavonden bezoeken, bedden en zichzelf opmaken, de was, koken meestal, en er jong en achteloos gelukkig uitzien.
Als ik naar de radio luister zijn het meestal mannen die gewichtig het woord voeren, vier in getal soms en dan lijkt het of het vrouwvolk al jaren van de planeet is verjaagd. En ze zeggen het allemaal zo goed, hè? En ze hebben zo gelijk. Wij, vrouwen, bestaan helemaal niet.
Mijn pleidooi is: geef verwarde vrouwen de ruimte. Roep de brandweer. Bel de politie. Wij bestaan. Donder op met die hoge hakken. Loop als een bouwvakker. Denk als een filosoof. Weg met de make-up. Laat je gezin droog brood eten. Je bent in de WAR. Het ís oneerlijk verdeeld.
En als ze denken, o, ze heeft haar menstruatie, gil dan. Ik bloed altijd. Voor alles.
Ja dames, wij moeten met onze verwarring eens flink aan de weg timmeren. Misschien helpt dat.